Het Charliermuseum was de woning van de Brusselse mecenas en kunstliefhebber
Henri Van Cutsem.
In 1890 laat hij zijn herenhuis verbouwen door de jonge architect
Victor Horta om er zijn verzamelingen te kunnen tentoonstellen.
Bij zijn dood in 1904 erft zijn vriend, de beeldhouwer Guillaume
Charlier, het huis. Hij brengt er zijn eigen verzameling onder.
In 1925 legateert Guillaume Charlier het herenhuis en zijn verzameling
aan de gemeente Sint-Joost-ten-Node met de opdracht er een openbaar
museum van te maken. Het museum wordt op 21 oktober 1928 plechtig
geopend.
|